Cradle to Cradle volgens QVO

Cradle to Cradle volgens QVO

Questionmarks voelt zich verbonden aan het gedachtegoed van Cradle to Cradle.

Dit gedachtegoed neemt als uitgangspunt dat in de natuur alles uiteindelijk als voedsel dient voor een andere organisme. Helaas hebben wij dit als mens nog niet zo begrepen. Wij produceren materialen die na eenmalig gebruik nooit meer voor iets anders kunnen dienen.
Sterker nog, wij produceren stoffen die zo halsstarrig in onze levenscyclus blijven terugkomen, waardoor zelfs bepaalde giftige stoffen in onze borstvoeding terug te vinden zijn. Waarom produceren we geen producten met stoffen die na gebruik weer een nieuw doel kunnen dienen?

McDonough en Braungart hebben in hun publicaties hiervoor twee mogelijke cycli beschreven;

  1. De Technologische cyclus: Alle componenten/stoffen die we gebruiken in onze technologie zijn na gebruik te ‘ontmantelen’ in elementen die op een andere manier weer in een nieuw product kunnen worden gestopt. Voorbeeld: Een bureaustoel bestaat uit herleidbare soorten kunststof die na gebruik (gescheiden) terug gaan naar de fabrikant die er vervolgens weer nieuwe stoelen van maakt.
  2. De Biologische cyclus: Alle grondstoffen zijn dusdanig ontdaan van elk gif, dat het product na gebruik volledig composteerbaar is en derhalve als compost weer tot nut is als voedsel of voedingsbodem.. Voorbeeld: Een T-shirt dat alleen van natuurlijke kleur- en weefstoffen gemaakt wordt. Na zijn levenscyclus kan het T-shirt op de composthoop. En ook de stoffen van enkele vliegtuigstoelenfabrikanten zijn al van dergelijke stof gemaakt.

Questionmarks voegt daar een mogelijke 3de cyclus aan toe:

3. De Kenniscyclus:
Er ontbreekt namelijk een schakel, een troef die wij als mens krachtiger kunnen uitspelen. Wij generen een product dat niet fysiek is, maar wel degelijk onderdeel van een waardecreërende cyclus. Wij hebben de mogelijkheid om te leren van situaties en deze kennis door te geven aan anderen.

Hiermee is ook de derde cyclus geheel in lijn met McDonough en Braungart die pleiten voor upcycling (1) in plaats van recycling (2). Het eerste, upcycling, geeft een onderdeel bij elke keer gebruik weer een extra waarde mee, terwijl recycling inhoudt dat we weliswaar hergebruiken, maar dat de stof hierbij uiteindelijk aan waarde verliest.

Zo zouden we ook zo naar de mensen in een organisatie kunnen kijken. Wat hebben mensen met een dergelijk cyclus te maken? Wie leveren de meerwaarde aan de organisatie en welke rol speelt kennis daarbij? Hoe zorg je dat deze kennis binnen de organisatie ‘voor zich zelf’ laat spreken en ook werk uit handen neemt? In welke mate is innovatie een proces rondom een technologie die hoe dan ook nog wel steeds georganiseerd moet worden? De historie vertelt ons dat dit toch best vaak tot problemen leidt.

In grote mate speelt een collectief bewustzijn (geheugen), zoals het weten in welke context de organisatie zich bevindt, een grote rol binnen organisaties. Het is juist het ‘gedrag’ van alle ‘stakeholders’ dat zonder meer essentieel is voor een organisatie die het Cradle to Cradle principe wil gaan hanteren. Met alleen de nadruk op de techniek heeft u immers nog niet de hele cyclus georganiseerd.

(1) Een voorbeeld van upcycling: een huis dat zo gebouwd is dat er, door zonne-energie en warmtewisselaars, gedurende het hele jaar meer energie wordt De overtollige energie wordt afgegeven aan het energienet en hiervoor volgt een vergoeding. Je gaat op den duur verdienen aan je eigen upcycle.

(2) Een voorbeeld van recycling: Een plastic fles wordt door de fabrikant zolang hergebruikt tot deze er niet meer mooi uitziet en niet meer te gebruiken is voor dit doel. Wel kan het materiaal worden omgesmolten tot een tuinpaal. Echter, wanneer deze ook het einde van de levenscyclus heeft bereikt, rest alleen nog de vuilverbranding of de stortplaats.

Questionmarks helpt mensen, organisaties en hun innovaties beter in hun context te zetten.

Voor meer informatie klik hier

  • Tags: :